Brandstofsysteem - Brandstofpomp en brandstoffilter
Brandstofpomp
De brandstofpomp is in de brandstoftank gemonteerd. Van buitenaf zijn twee brandstofleidingen en een brandstofpompconnector zichtbaar.
Wanneer de brandstofpomp werkt, wordt de PM-motor van stroom voorzien om de pompbehuizing te laten draaien en wordt de brandstof uit de brandstofinlaat gezogen. De snelheid van de brandstofpomp en de hoeveelheid olie die wordt gepompt, worden bepaald door de aangelegde spanning, die meestal een constante waarde is.
Hieronder staan enkele veelvoorkomende storingen aan brandstofpompen vermeld
- Het veiligheidsventiel lekt olie of de veer is defect. Dit uit zich in een motor die niet soepel loopt of helemaal niet loopt, en die slecht accelereert.
- De terugslagklep lekt olie. Hierdoor start de motor moeilijk.
- Het oliefilter is verstopt. De storing manifesteert zich in ernstige gevallen in een snelle toerentalstijging van de motor, slechte acceleratie en een onregelmatige stationaire loop.
- De motor is doorgebrand, waardoor de motor niet meer werkt.
- De brandstofpomp is versleten. Dit leidt ook tot een moeizame start van de motor, onvoldoende vermogen en een slechte acceleratie.
Meestal kon de brandstofpomp niet gerepareerd worden. Wanneer bovenstaande storingen optreden, moet de brandstofpomp worden vervangen.
Brandstoffilter
Het brandstoffilter wordt doorgaans op de uitlaatbuis van de brandstofpomp gemonteerd, soms naast de brandstoftank, soms onder de achterbank en soms in de brandstoftank.
De functie van het brandstoffilter is het verwijderen van vaste verontreinigingen zoals stof en roest uit de brandstof. Wanneer de brandstof met verontreinigingen door het brandstoffilter stroomt, worden de verontreinigingen geadsorbeerd op het filterpapier, waarna de gefilterde brandstof naar de motor stroomt. Dit voorkomt verstopping van het olietoevoersysteem, vermindert mechanische slijtage en verbetert de betrouwbaarheid van de motor.
Verstopping is een veelvoorkomend probleem met een brandstoffilter, wat leidt tot een zwakke acceleratie en vertraging. Om dit te controleren, verwijdert u het brandstoffilter. Als de uitgestroomde brandstof troebel is, is het brandstoffilter verstopt.